De hoofdbegraafplaats van Koblenz is de grootste begraafplaats van de stad Koblenz en werd in 1820 ingehuldigd. Door het oude bomenbestand heeft het een bosachtig karakter en is het tevens een landschapspark voor bezoekers. Het terrein van 36 hectare strekt zich uit van de Beatusstrasse in de Goldgrube tot de Hüberlingsweg in de Karthause. Het terrein stijgt sterk naar het zuiden en werd in terrassen aangelegd. Vorig jaar is de oude platanenlaan, die in het historische gedeelte ligt, uitgebreid gerenoveerd. In de as staat het grote kerkhofkruis en de rouwhal met zeshoekig grondplan, die in 1822 werd gebouwd volgens de plannen van J. C. von Lassaulx. Op het historische gedeelte van de begraafplaats bevinden zich de graven van vele belangrijke persoonlijkheden, zoals Peter Altmeier, minister-president van Rijnland-Palts; Karl Baedeker, uitgever; Max von Schenkendorf, dichter; en Christian von Stramberg, auteur van de "Rheinischer Antiquarius", om er maar een paar te noemen. In de jaren tachtig werd een boomnatuurpad aangelegd.