De stadsmuur van Oberwesel met zijn 16 verdedigingstorens is de best bewaarde omwalling aan de Midden-Rijn. Sinds vele jaren wordt dit middeleeuwse vestingwerk ontwikkeld voor toerisme. Daarom is het nu voor burgers en toeristen mogelijk om over grote delen van de stadsmuur te lopen. De weg over de muur kan een spannende reis naar het verleden worden. Schilders en dichters zijn altijd gefascineerd geweest door het stadsbeeld van Oberwesel, dat wordt gekenmerkt door twee collegiale kerken en de stadsmuur met poorten en torens. Als bewijs hiervan worden slechts enkele regels uit het reisdagboek van de Franse romanticus Victor Hugo geciteerd: "Oberwesel is bijzonder getekend door de oorlogen van de Middeleeuwen. De oude stadsmuur is doorzeefd met kanonnen en geweerkogels. De inslagen van de zware ijzeren kogels van de aartsbisschoppen van Trier, de kogels van de musketten van Lodewijk XIV en de cartouches van onze revolutionaire troepen kunnen erop worden ontcijferd als op een oud perkament. Maar vandaag lijkt Oberwesel op een oude soldaat die wijnmaker is geworden. Zijn rode wijn is uitstekend. " Maar de stadsmuur fascineert niet alleen toeristen en kunstenaars, maar ook historici. Het is reeds lang het voorwerp van onderzoek door vele gespecialiseerde wetenschappers. Reeds in 1922 kwam Prof. Dr. Renard tot de conclusie: "Van alle stadsverdedigingen aan de Midden-Rijn is die van Oberwesel de meest uitgebreide, de meest trotse en de best bewaarde". Het Rijksbureau voor Monumentenzorg in Rijnland-Palts schreef in een deskundigenrapport: "De stadsversterking van Oberwesel is grotendeels bewaard gebleven in haar middeleeuwse inventaris; het is een van de belangrijkste en best bewaarde middeleeuwse stadsversterkingen in de Bondsrepubliek Duitsland. Het is een essentieel onderdeel van het historisch erfgoed dat het Middenrijndal tot UNESCO-werelderfgoed heeft gemaakt".